fbpx

Narcolepsie wordt veroorzaakt door een tekort aan de boodschapperstof hypocretine in de hersenen. Veel mensen met narcolepsie hebben naast de slaapsymptomen last van overgewicht en veranderingen in het ‘eetgedrag’, bijvoorbeeld de sterke neiging om zoetigheid te snoepen

Onderzoek naar de aansturing van eetgedrag bij mensen met narcolepsie

Onderzoekers van de Radboud universiteit in Nijmegen, samen met Kempenhaeghe en SEIN, deden onderzoek aar de rol van hypocretine in het aansturen van eetgedrag bij mensen met narcolepsie. Het onderzoek werd onder meer gedaan door met MRI scans naar de activiteit van hersengebieden te kijken wanneer proefpersonen taken uitvoerden die met eetgedrag in verband staan. Daarbij werden mensen met narcolepsie vergeleken met mensen zonder slaapstoornis, maar ook met mensen met idiopathische hypersomnie. Bij idiopatische hypersomnie is er net als bij narcolepsie sprake van slaperigheid overdag als, maar is hypocretine nog wel aanwezig in de hersenen.

Inzichten

Uit het onderzoek zijn een aantal belangrijke nieuwe inzichten naar voren gekomen. Er bleek onder andere dat bij narcolepsie de hersenen het eetgedrag anders aanpassen op het moment dat we verzadigd raken. In een deel van het onderzoek konden mensen zoete of zoute snacks ‘verdienen’ in een keuze taak, een soort gokspel. Vervolgens werden de proefpersonen gevraagd daadwerkelijk zoveel snacks te eten tot ze zich verzadigd voelden, een helft met zoete en de andere helft met zoute snacks. Vervolgens werd de keuze taak opnieuw uitgevoerd. Mensen zonder narcolepsie toonden daarbij een duidelijke verschuiving naar het proberen te winnen van snacks waarmee ze niet verzadigd waren. Met andere woorden, de mensen die zich vol hadden gegeten met zoetigheid, kozen er daarna veel vaker voor om zoute snacks te ‘verdienen’. Mensen met narcolepsie vertoonden na verzadiging echter geen verschuiving. Dit duidt op een verstoring in de gebieden in de hersenen die reageren op verzadiging en daarop eetgedrag aanpassen.

In het tweede deel van het onderzoek moesten mensen in de MRI scanner een taak uitvoeren waarbij de klèur van getypte woorden zo snel mogelijk moest worden benoemd. Daarbij werden een groot aantal woorden achter elkaar getoond, verdeeld over 3 categorieën: namen van kleuren, woorden met betrekking tot voedsel, en neutrale woorden.  Het is bekend dat het voor mensen lastiger is om de kleur waarin het woord wordt getoond te noemen als het woord zelf een andere kleur beschrijft (bijvoorbeeld het woord ‘geel’, maar in rode letters, waarbij het antwoord dus ‘rood’ is). Tijdens het uitvoeren van deze taak worden een aantal hersengebieden actief, die met de MRI te meten zijn. Uit het onderzoek bleek dat bij mensen met narcolepsie het niet alleen uitmaakte of het woord een kleur beschreef, maar dat de taak ook beïnvloed werd door woorden die met eten te maken hadden. Tegelijkertijd bleek er bij narcolepsie tijdens de taak veranderingen in activiteit te zijn in hersengebieden die deel uitmaken van het zogenaamde interne ‘beloningssysteem’. Dit systeem is belangrijk voor allerlei gedrag waarbij motivatie een rol speelt, inclusief eetgedrag.

Het laatste onderdeel van het onderzoek vond plaats na afloop van de MRI scans. De proefpersonen werd gevraagd een aantal vragenlijsten in te vullen, in een kamer waar ook diverse schalen met snacks stonden. De proefpersonen werd verteld dat ze hiervan mochten eten, mochten ze daar behoefte aan hebben. Mensen met narcolepsie bleken beduidend meer van de aangeboden snacks te eten. Dit toont opnieuw aan dat er veranderingen zijn in het aansturen van verzadigingsgevoel bij narcolepsie.

Conclusie

De onderzoeksresultaten laten zien dat veranderingen in eetgedrag onderdeel zijn van de symptomen van narcolepsie. Veranderingen in eetgedrag zouden daarmee ook –deels- een verklaring kunnen zijn voor het optreden van overgewicht bij narcolepsie. Inzicht in de betrokken hersengebieden maakt het in de toekomst misschien mogelijk om gerichtere behandelingen te ontwikkelen.

Prof. dr. S. Overeem, arts-somnoloog. Centrum voor Slaapgeneeskunde Kempenhaeghe, Heeze.

Dr. R.J. van Holst, neurowetenschapper. Academisch Medisch Centrum, Amsterdam.